Begrippenlijst
Woordenlijst
Om doublures te verwijderen en de begrippenlijst te organiseren, zullen we eerst identieke of zeer vergelijkbare items samenvoegen en vervolgens de lijst op alfabetische volgorde zetten. Hier is de gecorrigeerde en georganiseerde lijst:
-
220-Ohm weerstand: Een onderdeeltje dat de hoeveelheid elektrische stroom beperkt die door een component stroomt, zoals een LED, om te voorkomen dat het beschadigt.
-
Anode: Het langste pootje van een LED-lampje, waar de positieve draad van de stroombron wordt aangesloten.
-
Arduino: Een programmeerbaar microcontrollerplatform voor het bouwen van elektronische projecten. Het kan signalen verzenden en ontvangen van verschillende componenten, zoals LEDs, sensors, en knoppen.
-
Arduino IDE (Integrated Development Environment): De software waarin je code schrijft en uploadt naar je Arduino. Het heeft alle tools om te programmeren, fouten op te sporen, en te testen.
-
Blink-project: Een eenvoudig Arduino-project waarbij een LED-lampje aan en uit knippert, bedoeld als introductie in het programmeren en werken met Arduino.
-
Breadboard: Een hulpmiddel voor het tijdelijk samenstellen van elektronische circuits zonder solderen. Het wordt gebruikt voor prototyping en testen.
-
Code: De geschreven instructies, of 'script', die de Arduino vertellen wat te doen, geschreven in een specifieke programmeertaal.
-
Delay: Een functie in de programmeertaal van Arduino die het programma voor een bepaalde tijd pauzeert, aangegeven in milliseconden.
-
Foutopsporing (Debugging): Het proces van het identificeren en corrigeren van fouten of problemen in je code of elektronische opstelling.
-
Frequentie: Hoe vaak iets gebeurt in een bepaalde periode, vaak gemeten in cycli per seconde (Hz). In de context van LED's kan dit verwijzen naar hoe snel het knippert.
-
GND (Ground): De gemeenschappelijke referentiepunt in een elektrisch circuit, gebruikt als het nulspanningspunt.
-
Helderheid: De intensiteit van het licht dat door een bron wordt uitgestraald, zoals een LED. Dit kan worden gecontroleerd met verschillende methoden, waaronder Pulsbreedtemodulatie (PWM).
-
Jumper Draden: Flexibele draden gebruikt om componenten op een breadboard of andere hardware te verbinden.
-
Kathode: Het kortste pootje van een LED-lampje, waar de negatieve draad (of de draad naar de GND van het circuit) wordt aangesloten.
-
LED (Light Emitting Diode): Een klein elektronisch component dat licht uitzendt wanneer er stroom doorheen gaat. Beschikbaar in verschillende kleuren en helderheden.
-
Output: Het signaal of de actie die door een apparaat of software wordt verzonden, zoals de Arduino die een LED verlicht.
-
Pin: Kleine metalen punten op de Arduino, gebruikt voor het aansluiten van kabels van andere componenten zoals LEDs, knoppen, sensors, etc.
-
Pulsbreedtemodulatie (PWM): Een techniek gebruikt om de hoeveelheid energie die naar een apparaat wordt gestuurd te regelen door de puls van het signaal aan te passen.
-
Setup en Loop: Speciale secties in Arduino-code; 'Setup' is het deel dat eenmaal wordt uitgevoerd bij het starten, en 'Loop' is het deel dat herhaaldelijk wordt uitgevoerd zolang de Arduino aan staat.
-
Simulatie: Een virtuele omgeving die echte situaties nabootst, waardoor gebruikers kunnen experimenteren en testen zonder fysieke risico's of kosten.
-
Uploaden: Het proces van het verzenden van bestanden of data van het ene systeem naar het andere. In de context van Arduino is dit de actie van het verzenden van je geschreven code naar de Arduino-board.
-
Variabelen: In programmeren, locaties in het geheugen gebruikt voor het opslaan van data die kan veranderen tijdens de uitvoering van een programma.
-
Wokwi: Een online platform voor het simuleren van Arduino en andere elektronische projecten, waardoor het mogelijk is om projecten te testen en te delen zonder fysieke componenten te gebruiken.
-
Weerstand: Een elektronisch component dat de hoeveelheid elektrische stroom beperkt die door een circuit stroomt, ter bescherming van de componenten.